Kern




Overwinnen

De rode draad die in alle leerjaren door mijn portfolio liep was OVERWINNEN (mezelf).

Al op mijn 16e wilde ik het onderwijs in en wel het kleuteronderwijs. Doordat ik kampte met een enorm gevoel van onzekerheid en een gebrek aan zelfvertrouwen lukte het mij niet deze opleiding te voltooien. Hoewel ik het werk erg boeiend vond, heb ik mij er toen bij neergelegd dat dit niet voor mij was weggelegd. In de loop der jaren ontwikkelde ook bij mij wat meer zelfvertrouwen. Zeker vanaf het moment dat ik de verantwoording kreeg over ons gezin (met mijn echtgenoot) leerde ik mijn onzekerheid stap voor stap te overwinnen.  Toen ik de schok te boven was na weer een nieuwe reorganisatie op mijn werk, zag ik daarin een kans voor een nieuwe carrière in het onderwijs. Ouder, wijzer en iets stabieler ben ik in dit nieuwe avontuur gestapt. Op nieuw voor de kleuters (en zeker in de speelzaal) was voor mij een eerste overwinning, die gevolgd werd door meerdere. Wie had ooit gedacht dat ik in mijn 2e jaar met zoveel plezier voor groep 8 zou staan, waar ik de eerste dag met knikkende knieën naar binnen ging. Maar ook de presentaties en vertellingen in mijn eigen PLD-klas, met het zweet in mijn handen, waren persoonlijke overwinningen. En toen kwam het laatste jaar, met een stage van 3 dagen per week, voor de kleuters . Na een wat minder prettige stage in een groep 3, zag ik er toch wel weer tegen op.  Van mijn mentor kreeg ik echter alle ruimte waardoor ik na een maand alle 3 de dagen zelf voor de groep stond. Hoewel ik altijd wel punten zie die ik beter zou willen, voelt het erg goed om de hele dag voor de klas te staan. Ook het vertrouwen te krijgen om te werken met de kinderen, in het leerlingvolgsysteem, met de dossiers, te spreken met ouders, te overleggen met collega’s, in commissies plaats  en deel te nemen… Steeds weer stappen met positieve resultaten.  Gelukkig kan je ook na je 40e groeien, leren en ontwikkelen en dat hoop ik voorlopig te blijven doen.

PERSOON

De afgelopen jaren heb ik meer zelfvertrouwen gekregen, waardoor ik mijn drempels met meer vertrouwen neem. Ik heb geleerd op een ontspannen manier contacten te leggen en met mensen om te gaan, zowel op school, op mijn stage en in mijn eigen persoonlijke omgeving. Ik ben mij bewust van mijn eigen ontwikkeling, waar ik mij erg goed bij voel. Ik kan mijzelf meer openstellen naar anderen waarbij ik merk dat ik respect en vertrouwen terug ontvang. Na een privé pittig jaar merk ik dat relaties sterker worden. Mede met hulp van mijn fijne achterban (gezin en vrienden) blijf ik rechtop. We kunnen met elkaar de dagelijkse gang van zaken organiseren, we steunen elkaar bij studie en wanneer we dit nodig hebben. Belangrijk is wel om uit te spreken, wanneer het nodig is.

Zonder dit vertrouwen had ik misschien niet zo ver gekomen.

 

PRAKTIJK  (lerende student)

Met veel plezier ben ik de afgelopen jaren naar school gegaan. Het waren (bijna allemaal) heel stimulerende avonden. De overgang van 2 groepen naar 1 groep was moeizaam, maar uiteindelijk heel goed verlopen. We hebben een bijzonder hechte groep waarbij mensen naar elkaar hebben leren luisteren.  We kennen, waarderen, helpen en steunen elkaar.   Tenslotte zijn we een groep (heel verschillende) mensen met hetzelfde doel: We willen voor de klas! Tijdens deze 4 jaar heb ik nog meer geleerd verantwoording voor mijzelf en voor de groep te nemen, een eigenschap die ik in een leerkrachtenteam ook goed kan gebruiken. Dit 4e jaar hebben we vooral elkaar ‘les gegeven’ door de trainingen die we moesten doen. Hier zag ik wel tegen op, maar het geven van de training is een heel positieve  ervaring geworden. Het opbouwen en organiseren van de training waar ik helemaal alleen verantwoordelijk voor was, heeft mij gesterkt in mijn eigen kunnen. (stukje zelfvertrouwen) Ook het tijd bewaken en het beoordelen van de medestudenten is een bijzonder leerproces, omdat je veel affiniteit met anderen hebt. Eerlijk beoordelen van personen die je goed kent en waarmee je een band hebt gekregen is een goede oefening voor in de klas, waar je ook wel eens iemand “het voordeel van de twijfel” zou gunnen. Kritisch leren kijken, feedback meegeven waar de ander iets mee kan en stimuleren door opbouwende kritiek zijn acties waar ik veel van opgestoken heb.

 Het organiseren, plannen en realiseren van de opdrachten in de laatste dit jaar is ook een leerproces voor mij, wat nog niet perfect maar wel  steeds beter verloopt.  Ik ga nog steeds graag naar de colleges waar we interessante informatie krijgen en waar ik een bijzonder groepsgevoel ervaar. Dat is toch een goed teken. Ik zal het missen, wanneer ik eenmaal klaar ben!

 

PROFESSIONEEL  (startende leerkracht)

In dit 4e studiejaar ben ik 3 dagen gaan stagelopen, op woensdag, donderdag en vrijdag. Het besluit om 3 dagen stage te lopen heeft mijn ontwikkeling als leerkracht (professional) bij alle competenties bijzonder goed gedaan. Ik heb gemerkt dat ik, wanneer ik drie dagen voor de groep sta, veel dieper contact krijg met de kinderen, de ouders en mijn collega’s. Daarbij komt ook nog een veel duidelijker overzicht over de leerlijn en de ontwikkeling van de kinderen van groep 1-2.

Waar ik in voorgaande jaren wel goed contact had met de kinderen in mijn groep, ken ik ze nu beter. Dit komt naar mijn idee door het werken met en het vertrouwen van de kinderen, ik ken hun achtergronden beter (niet alleen van een papier), door het werken in de dossiers, het melden van absenten/ leerlingenregistratie, het observeren en verwerken van de ontwikkeling, gesprekken met ouders etc. Door deze kennis kan ik de kinderen veel meer individueel begrijpen, waardoor ook gedifferentieerd begeleiden beter/bewuster mogelijk is. Niet alleen omdat het uit de toets komt, maar ook omdat ik weet hoe een kind is.

Mijn valkuil is dat ik teveel bezig ben met het veilige klimaat en dat de kinderen zich goed moeten voelen. Ik merk heel goed in deze groep dat het belangrijk is om te zorgen voor duidelijkheid, zeker voor een aantal kinderen die ongewenst gedrag laten zien omdat ze meer structuur nodig hebben. Duidelijk en consequent zijn blijven voorlopig in mijn leerdoelen staan. Ik heb mij hierin dit jaar beslist ontwikkeld, maar wil dit nog beter kunnen. Daarbij vind ik het belangrijk de kinderen gevoel van verantwoordelijkheid te geven. Met elkaar vormen we een groep en willen we voor de groep zorgen.

Om een goed overzicht te krijgen ben ik iedere week een weekoverzicht gaan maken, met alle activiteiten die per dag gepland zijn. Daarnaast maak ik een uitgebreidere planning per dag om overal op voorbereid te zijn. Voor de lessen maak ik nog steeds een lesvoorbereiding om alles goed voor te kunnen bereiden, uit te zoeken, mee te nemen en klaar te zetten.

Op mijn stageschool volgen we een leerplan, maar in de voorbereiding probeer ik rekening te houden  met de kinderen in mijn groep.  Dit is wel eens ingewikkeld, omdat er in groep 1-2 veel verschillende ontwikkelingsniveaus zitten. Om hier meer rekening mee te kunnen houden heb ik gesprekken gevoerd met mijn mentor en collega’s, bijvoorbeeld over het behalen van de leerdoelen. Naar aanleiding van deze gesprekken ben ik de lessen in de kring aan gaan passen.

Ik ben dit jaar meer gaan werken met instructiegroepjes, waarvoor ik samen met mijn mentor+duo  voor heb gemaakt zodat er niet dubbel gewerkt wordt. Het zelf aanpassen van de lessen, bestuderen van de resultaten voor de groepsplannen en het indelen van instructiegroepjes, heb ik niet zo intensief in eerdere stages gedaan. Ik heb daar veel van geleerd, meer inzicht gekregen in de LVS, dossiers en het maakt dat ik dichter bij de ontwikkeling van de kinderen in mijn  klas sta.

Door het werken met het GIP-model, wat sinds vorig jaar in deze klas/school gehanteerd wordt, heb ik geleerd hoe ik de klas zelfstandig kan laten werken, waardoor ik zelf met een instructiegroepje aan de slag kan. Daar had ik eerder nooit de rust voor. Ik vind het nog wel eens lastig, maar het gaat veel beter dan begin dit schooljaar. Het geeft mijzelf de structuur in het begeleiden.

Ik spreek regelmatig met ‘mijn duo-partner’ de gang van zaken in de groep en de planning voor de komende week.  De resultaten van toetsen, de ontwikkeling van de kinderen  en het maken en invoeren van groepsplannen doen we met elkaar. Ik heb veel contact met de andere leerkrachten en voor al de leerkrachten van groep 1-2 en een collega LIO-stagiaire. We bespreken regelmatig met elkaar wat we doen in de groep en delen ideeën.  Als LIO-stagiaire mag ik deelnemen aan alle bouw- en teamvergaderingen en bijscholingen, zoals over het in te voeren PBS.  Ik zit voor de onderbouw in de carnavalscommissie waar we een aantal overleggen hebben gehad en ik contact heb gelegd met de TSO, speelschool en de leerkracht gym in verband met de activiteiten die zullen plaatsvinden tijdens het Carnaval. Dit zijn activiteiten waar ik bij de start, vier jaar geleden, heel erg veel moeite mee gehad zou hebben en waarschijnlijk zou proberen te ontlopen.

Als voorbereiding op de oudergesprekken heb ik deelgenomen aan gesprekken met de IB-er.  Voor de oudergesprekken hebben we een verdeling gemaakt, zodat we alle drie gesprekken hebben gevoerd. Een heel bijzonder gesprek heb ik mogen observeren, waardoor ik heel goed kennis heb genomen van de reactie en de verwerking van de ouders. Heel belangrijk om te onthouden en rekening mee te houden voor toekomstige gesprekken.

Daarbij heb ik ook gesproken met een observator vanuit jeugdzorg over een van mijn leerlingen en formulieren voor zijn onderzoeken  ingevuld (en daarna vergeleken met mijn mentor en gereflecteerd)

Ik merk dat ik ook nog kritischer naar mezelf geworden, nu ik meer dagen voor een groep sta en meer  verantwoording heb gekregen.  Ik denk beter na of een doel bereikt is en zo niet wat ik eraan kan doen. Ik heb heel erg veel geleerd  waar zeker de 3-daagse stage per week en het vertrouwen van mijn mentor aan bijgedragen hebben.

Doel:

Ik wil een leerkracht zijn die goed en inspirerend over kan dragen en waarbij alle kinderen zich veilig voelen waardoor zij/wij  de drie basisbehoeften kunnen ontwikkelen (relatie- weten dat je gewaardeerd wordt, autonomie -  weten dat je zelf iets kan en mag, competentie – vertrouwen hebben in eigen kunnen) . Een juf met een groep waarin de kinderen zich prettig voelen en een juf waar ook ouders vertrouwen in hebben. Omdat de ontwikkeling van kinderen niet alleen op school plaatsvindt, maar een samenwerking met thuis is.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten